#Microplastics #Nanoplastics #Landbouw #EnvironmentalImpact #SustainableFarming #ResearchInitiative #Tsjechische Republiek #MendelUniversity #CzechAcademyofSciences #TechnologicalInnovation
De afgelopen jaren zijn micro- en nanoplastics steeds meer in het middelpunt van de mondiale aandacht komen te staan. Volgens gegevens van de VN herbergen onze oceanen meer dan 50 biljoen microplasticdeeltjes, een duizelingwekkende 500 keer meer dan de sterren in onze Melkweg. Hoewel de aanwezigheid van microplastics in waterlichamen uitgebreid is gedocumenteerd, ontbreken precieze gegevens op andere gebieden. Onderzoekers van de landbouwfaculteit van de Mendel Universiteit in Brno zijn, in samenwerking met collega's van de Tsjechische Academie van Wetenschappen, aan een missie begonnen om te onderzoeken hoe plastic deeltjes zich in de landbouw verspreiden.
Uit onderzoek van het Wereld Natuur Fonds blijkt dat mensen ongeveer vijf gram microplastics per week binnenkrijgen, wat overeenkomt met de grootte van een creditcard. De potentiële impact van een dergelijke plasticinname op het menselijk lichaam blijft een belangrijke vraag. Hoewel bekend is dat de meeste microplastics worden geëlimineerd, ontstaan er zorgen over nanoplastics, die in de bloedbaan kunnen terechtkomen en zijn aangetroffen in moedermelk en het menselijk brein, zoals benadrukt door Pavel Horký van het Institute of Animal Nutrition and Forage Crops van de Mendel University.
Het onderzoeksteam van Horký wil een detectieplatform ontwikkelen om de aanwezigheid van micro- en nanoplastics in de voedselketen te analyseren, variërend van bodem en gewassen tot dierlijke organen en mogelijk menselijke lichamen. Het project, dat afgelopen voorjaar is gestart, analyseert momenteel de eerste monsters.
Naast dierproeven plannen onderzoekers kasproeven. Microplastics zullen worden aangebracht op de grond waar algemeen gecultiveerde gewassen zoals maïs en tarwe zullen worden geplant. Het onderzoek zal monitoren hoe plastics zich van de bodem naar verschillende delen van de planten verplaatsen.
Een subdoel van het project is het in kaart brengen van het voorkomen van microplastics in landbouwgrond nabij gemeentelijke afvalstortplaatsen. Resultaten van dit deel van het onderzoek worden later dit jaar verwacht. Samenwerking met praktische toepassingen is cruciaal voor het project, en in de laatste fase zullen onderzoekers micro- en nanoplastics rechtstreeks monitoren op geselecteerde boerderijen in de regio's Zuid-Moravië en Vysočina in Tsjechië.
Het ultieme analytische instrument dat de onderzoekers hebben ontwikkeld, is bedoeld om aan de commerciële sector te worden aangeboden. Net als de huidige controles op mycotoxinen of antibiotica, kan het monitoren van de aanwezigheid van microplastic een standaard worden, vooral in de biologische landbouw. De methode zou ook toepassing kunnen vinden buiten de landbouw, mogelijk in overheidsadministraties en zelfs in menselijke weefsels.
Microplastics komen via twee hoofdroutes in de natuur terecht: primaire microplastics, die in de vorm van kleine deeltjes in het milieu aanwezig zijn, waarbij ruim een derde afkomstig is van het wassen van synthetische kleding, en bijna dertig procent ontstaat tijdens het dragen van banden. Bovendien ontstaan secundaire microplastics door de afbraak van grotere plastic producten zoals tassen of flessen.
Dit gezamenlijke onderzoeksproject van de Mendel Universiteit en de Tsjechische Academie van Wetenschappen, gericht op het monitoren van micro- en nanoplastics, zal doorgaan tot 2025, ondersteund door het Tsjechische Technologische Agentschap in het kader van het Environment for Life-programma.
Conclusie: Het onderzoek naar microplastics in de landbouw werpt niet alleen licht op de potentiële risico’s voor de menselijke gezondheid en het milieu, maar onderstreept ook het belang van duurzame landbouwpraktijken. Naarmate het onderzoek vordert, wordt het duidelijk dat het aanpakken van het microplasticprobleem samenwerking vereist tussen de academische wereld, de industrie en beleidsmakers. Boeren en belanghebbenden in de landbouw moeten op de hoogte blijven van nieuwe bevindingen om praktijken te implementeren die bijdragen aan een gezondere en duurzamere toekomst.